Ziet ook u de bal terugkomen?

PRaag (Patrik Roelandt Anti-Agressie Groep) vraagt van de overheid dat huisartsen systematisch politiebescherming kunnen krijgen als ze daarnaar vragen. Volgens Johan De Paepe, korpschef van de Politiezone Sint-Niklaas, zal het niet meevallen om aan dat verzoek tegemoet te komen. Als alternatief wijst hij op de mogelijkheid van een contract tussen de kringen en private veiligheidsagentschappen.

Op 24 september organiseerde Domus Medica een opleidingsmoment voor artsen die binnen hun kring willen optreden als veiligheidscoördinator. Het initiatief kadert in het veiligheidsplan van PRaag (Patrik Roelandt Anti-Agressie Groep). Eén van de taken die het veiligheidsplan voor de coördinator in petto heeft, is overleg rond een samenwerkingsprotocol met de politie.

Ter inspiratie werd op 24 september het protocol voorgesteld dat Huisartsenkoepel Waasland in 2013 afgesloten heeft met de Politiezone Sint-Niklaas. Het protocol geldt alleen voor Sint-Niklaas en deelgemeente Nieuwkerken, maar de artsen zijn vragende partij voor een uitbreiding over het hele grondgebied van de koepelkring. Volgens korpschef Johan De Paepe wordt dat een moeilijke zaak, omdat het niet-afgedekte grondgebied valt onder andere politiezones, die niet over de nodige middelen beschikken. In een enquête die Huisartsenkoepel Waasland dit jaar hield, gaf 94% van de respondenten aan dat ze het samenwerkingsprotocol met de politie zinvol en noodzakelijk vinden.

PRaag heeft bij de overheid een samenwerkingsvoorstel in 12 punten ingediend. Politiebescherming lijkt daarvan a priori één van de meest haalbare. Deurwaarders genieten immers een wettelijk bepaald opvorderingsrecht voor politiebescherming. Artsen moeten het momenteel geval per geval zelf uitvlooien met het plaatselijke politiekorps. Mogelijk is de onvoorspelbare timing van huisbezoeken een obstakel: er moet 24/7 een meldkamer beschikbaar zijn, zeker als men de perioden van de wachtdienst wil afdekken. De noodcentrale 112 is geen optie, aldus de korpschef, want ze is nu al overbelast.

Het blijft maar de vraag of de overheid niet meer creativiteit aan de dag moet leggen als het over de veiligheid van zorgverstrekkers gaat. Johan De Paepe geeft aan dat de veiligheidsprocedure in Sint-Niklaas over een tijdspanne van drie jaar hooguit 6 keer gebruikt is, en telkens zonder incidenten afgesloten. De extra werkbelasting onder vorm van interventies op het terrein lijkt dan toch niet zo groot. Blijft over: een oplossing bieden voor de inbelpermanentie.

De korpschef benadrukt het belang van de aangifte. “Jullie worden door het gerecht beschouwd als een bijzondere beroepsgroep”, maakte hij het gehoor duidelijk. “Het gerecht gaat niet licht over geweld tegen zorgverstrekkers.” Als de gerechtelijke overheid niet slordig omspringt met een vergrijp, lijkt het logisch dat de politiek zich betrokken voelt bij de preventie ervan. Een kwestie van samenhang in het beleid.

Naast verwijzing naar de mogelijkheid van een contract met een privaat beveiligingsbedrijf als alternatief, had de korpschef nog advies op individueel niveau: “Begin bij jezelf: wees waakzaam. De politie moet ook waakzaam zijn, bijvoorbeeld bij een terreurdreiging. Enige terughoudendheid en conflictbeheersing is geboden. Vermijd om aan te geven dat je met een bepaald vooroordeel komt.”

Huisartsen moeten waakzaam zijn. Was dat niet de zinsnede die in december van vorig jaar behoorlijk wat ergernis uitlokte naar aanleiding van een incident dat we niet langer hoeven te benoemen? PRaag heeft een voorzet gegeven, maar het ziet ernaar uit dat de bal terugkomt. De verdediging moet de rangen sluiten.

Een volledig overzicht van de taken die PRaag voor de veiligheidscoördinator in petto heeft, vindt u hier.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.