Zowat een op de tien baby's heeft volgens de Werelgezondheidsorganisatie (WHO) vorig jaar geen enkele inenting gekregen. Dat komt neer op ongeveer 12,9 miljoen kinderen, aldus de organisatie maandag in Genève. De betrokken kinderen grepen naast hun eerste dosis om hen immuun te maken tegen difterie, tetanus en kinkhoest. Volgens de WHO worden de baby's daardoor blootgesteld aan een groter risico op besmetting met een van deze deels dodelijke ziektes.
Bovendien hebben naar schatting 6,6 miljoen kinderen na de eerste dosis de in totaal twee noodzakelijke extra vaccins niet gekregen. "Deze kinderen hebben hoogstwaarschijnlijk geen bijkomende zorg ontvangen", zei Jean-Marie Okwo-Bele, hoofd van het WHO-vaccinatieprogramma. Inentingen voorkomen volgens de WHO jaarlijks tussen de twee tot drie miljoen doden.
Meer dan 7 miljoen kinderen die geen routine vaccinaties hebben gekregen, leven in conflictzones of humanitaire hotspots in Afghanistan, Nigeria of Pakistan. Sinds 2010 is het globale percentage voor routine-immunisatie onder kinderen tot stilstand gekomen op ongeveer 86 procent, onder het beoogde doel van 90 procent.
